Bedenk niet wat een ander van je vindt.
Je bekritiseert hiermee jezelf.
Als je bedenkt wat een ander van je vindt, is dit meestal niet positief.
Je bedenkt bijvoorbeeld dat de ander je eigenwijs, lelijk, dom of arrogant vindt.
Je kunt nooit weten wat een ander van je vindt.
Je kunt namelijk niet denken voor de ander. Je zult bij de ander moeten navragen of het klopt. Het is een aanname of vooronderstelling. De kans is zeer groot dat je de plank misslaat.
Ook al zou je gelijk hebben, een dergelijke gedachte helpt je niet om je positief te voelen. Het effect van dergelijke gedachten is een zelfafwijzing. Het is vergelijkbaar met voor de spiegel te staan en jezelf lelijk, dom of arrogant vinden.
Bedenken wat een ander van je vindt, is een zelfafwijzing.
Het is een bekritiserend ego patroon wat altijd gepaard gaat met angst en spanning. Je haalt jezelf omlaag of doet je uiterste best om jezelf hoog te houden. De kritische stem van het ego probeert je te behoeden voor een bepaald gevoel. Het ego heeft alleen niet in de gaten dat het hiermee jouw negatieve gevoelens versterkt.
Bedenken wat een ander van je vindt, maakt je klein of zorgt ervoor dat je jezelf gaat camoufleren.
Je draagt een masker. Vroeg of laat valt het masker af omdat het niet meer bij je past. Op dergelijke momenten sta je in de kou.
Het patroon waarbij je voor een ander denkt, is een patroon wat je voor een groot deel van je leven al hebt.
Je kunt dit patroon niet zomaar stoppen. Het is geconditioneerd en ingesleten. Net zoals je lopen en fietsen niet kunt verleren. Elke poging om het te stoppen en dit niet lukt, leidt tot frustratie en zelfafwijzing. Wijs het niet af als het je opvalt dat je nog steeds voor een ander aan het denken bent. Het is een gewoonte. Deze gewoonte kun je leren te doorbreken.
In het begin kan het helpen om te zeggen: wat goed van me dat het me opvalt dat ik voor een ander aan het denken bent, hier ga ik mee stoppen.
Het complimentje compenseert gevoelens van afwijzing met gevoelens van zelfwaardering. Het is een positieve verandering van je gevoel en patroon. Het is een begin.
Beter is te onderzoeken waar dergelijke gedachten vandaan komen.
Misschien is er een naar gevoel wat gevoeld wilt worden of is er angst voor een naar gevoel. Observeer wat het ego probeert te bereiken. Het wil immers altijd iets wat er nu niet is of iets niet wat er nu is. Onderzoek welk gevoel het ego probeert te vermijden.
Gedachten komen en gaan.
Je hebt er nauwelijks invloed op. Gedachten worden veroorzaakt door andere gedachten en prikkels.
Als er gedachten zijn waarin je voor een ander denkt, laat deze gedachten gaan.
Hecht er geen waarde aan. Laat ze gaan zoals golven in een oceaan. Je bent niet de golf die te pletter slaat tegen een rots. Je bent de oceaan!
Laat elke zelf afwijzende gedachte aan je voorbijgaan. Je hebt deze niet nodig. Je bent niet deze gedachte en het daaruit voortvloeiend ego. Identificeer jezelf er niet mee. Laat dergelijke gedachten los. Hecht veel meer waarde aan je gevoel, zintuigelijke waarneming of intuïtie.
Negeer het ego door het er te laten zijn zonder op de inhoud in te gaan.
Observeer waardoor het ego is geboren.
Heb jij gedachten wat anderen van je vinden?
Waardoor ontstaan deze gedachten?
Geef je reactie in onderstaande commentaarvelden.